Morgen ligt 'Drakensteyn Droomkasteel' van Fleur Jurgens in de winkel. Het is gebaseerd op de dagboeken van Michelle Mastenbroek, de kokkin van prinses Beatrix in de tijd dat ze als kroonprinses op Drakensteyn woonde. En het is… smullen.
Vooropgesteld: een dagboek zal nooit een objectief beeld geven. En het betreft hier geen historisch onderzoeksverslag, maar een roman gebaseerd op de dagboeken, die schrijver Jurgens in handen kreeg via haar vriendin, een nichtje van butler Wim Mastenbroek. Fictie dus, kokkin Michelle en butler Wim Mastenbroek heten in het boek Minnie en Anton Mandemaker. Maar er is wel dermate uit de dagboeken geput, dat de Oranjes met naam en toenaam worden genoemd.
En dat levert niet altijd even flatteuze schetsen op. Zo schrijft 'Minnie' in mei 1966, twee maanden na het huwelijk van Beatrix en Claus: ' Hij vernederde ons ronduit en schroomde niet om dat ook in het openbaar te doen. Tijdens een diner op 17 mei met de baron en Barones Von Mirbach, verre familieleden van Claus, had de butler het deksel van een van de schalen opgetild om de gerechten te tonen. De prins keek vol afgrijzen, alsof hem een schaal levende kikkers was geserveerd. ’Sperziebonen had ik toch gar nicht besteld! Haalt u het menuboek van beneden!’
De incidenten rijgen zich volgens Minnie aaneen. De prins wil geregeld op het laatste moment iets anders eten – waardoor het reeds bereide diner letterlijk voor de zwijnen wordt gegooid – of bekritiseert achteraf het geserveerde. Het echtpaar komt zonder bericht niet of veel te laat aan tafel (waardoor de soufflé inzakt) of neemt onverwacht gasten mee. Ook eisen ze dat butler en kokkin, die inwonen op Drakensteyn, 24 uur per dag voor ze klaarstaan. Vrije tijd schiet er steeds bij in. Dit was de keuken van het kasteeltje, we weten niet zeker of dit Minnie / Michelle is.
Dat de Oranjes het vermoedelijk niet enig zullen vinden om dit te lezen begrijpt Fleur Jurgens. "Maar roepen ze al die geheimzinnigheid niet over zichzelf af?" vraagt ze zich af in De Telegraaf. "Het zijn vleesgeworden mythes met een welhaast goddelijke status. Míj boeide het wie deze mensen nou werkelijk zijn. En daar weten we bijna niets van. Daarom vond ik het wel verantwoord om er hier en daar gewoon wat omheen te verzinnen."
Het boek is niet met boze bedoelingen geschreven. "Ik voel door het schrijven van dit boek juist meer begrip en compassie voor het koninklijk huis," aldus Jurgens. "Zo beschrijf ik de sfeer waarin prins Claus in Nederland werd ontvangen, als Duitser met een oorlogsverleden. Met heel veel hypocrisie, want in Amsterdam waren natuurlijk óók heel veel Joden weggevoerd; mensen ontkenden hun eigen rol, en wezen liever naar wie er in hun ogen écht fout was. Die tragiek, in combinatie met Claus’ moeilijke jeugd, zijn uiterlijk, zijn zachte karakter, en ook zijn snobisme; ik sluit niet uit dat hij in die eerste jaren met Beatrix al depressief was. Minnie noemt hem in haar dagboeken een 'mental case'.”
Fleur Jurgens' 'Drakensteyn, droomkasteel' is uitgegeven door Prometheus en kost € 20.
Foto's (c) ANP, bron: De Telegraaf