Ze is onmiskenbaar knap, grappig en uiterst getalenteerd, maar óók Chantal Janzen heeft haar mindere momenten. In een openhartig gesprek met Robbert Rodenburg voor zijn YouTube-serie Open Kaart vertelt de presentatrice eerlijk over haar drukke bestaan en hoe haar mentale gesteldheid daar soms onder kan lijden.
Blinde paniek
Het lijkt voor buitenstaanders soms wel alsof Chantal Janzen op tien plekken tegelijk is. Ze presenteert, acteert, zingt, produceert én mag zich daarnaast nog trotse moeder noemen van twee zoons. Allemaal dingen waar ze energie van krijgt, maar die er ook voor zorgen dat er weinig tijd voor rust is. “Ik vind het niet erg dat het soms ten koste gaat van mezelf, mijn slaap of welzijn”, zegt Chantal daar zelf over. Toch heeft ze weleens gemerkt dat haar hoofd écht te vol zat, met als gevolg een totale black-out. “Toen moest ik mijn telefoonnummer geven bij de gemeente, of mijn postcode. Ik had geen idee,” vertelt ze. “Ik heb nooit paniek. En toen had ik echt blinde paniek.”
Chantal Janzen blijft nuchter onder kritiek van moedermaffia
Flatliner
Hoewel iedereen haar succes ziet, vertelt Chantal eerlijk dat ze ervan baalt dat ze er zelf niet heel blij om kan zijn. “Ik heb zat momenten in mijn leven gehad waar ik echt heel blij om kan zijn, maar het zit er gewoon niet zo in of zo. Ik kan dat gewoon niet. Ik kan niet zo lang bij succes of iets heel goeds stilstaan.” Het is een instelling die haar een typische bijnaam heeft opgeleverd. “Mijn vrienden noemen mij de flatliner. En dat is in het merendeel van de situaties in het leven hartstikke fijn. Maar je hebt gewoon van die mensen die heel goed kunnen genieten of blij zijn om iets. Ik benijd dat weleens.”
Praten
Maar al lijkt Chantal nog zo stabiel, ook zij heeft momenten dat ze zich minder goed voelt. Dat lost ze vooral op door met mensen in haar omgeving te praten. “Neem mij dan niet op hoor, als ik dan bel”, waarschuwt ze lachend. Dan kom je ook echt niet van me af. Gelukkig heb ik mensen om me heen die er voor me willen zijn of die die tijd voor me willen maken.”
Bron: Nouveau | Beeld: NL Beeld
